Terwijl bij ons de winter officieel begonnen is, toont IJsland zijn eigen winterse pracht. Maar het land is meer dan adembenemende landschappen. Het herbergt ook stille getuigen van een harde strijd op zee. Ga mee in de voetsporen van de IJslandvaarders en ontdek hoe hun verhaal verweven is met dit unieke eiland. Klaar om mee te reizen door tijd en natuur?
De laatste decennia is het aantal toeristen dat op reis gaat naar IJsland exponentieel toegenomen. Niet zonder reden, want het is een land dat bijzonder rijk is aan watervallen, bergen, gletsjers, vulkanen, mooie kustlijnen en indrukwekkende landschappen zover het oog reikt. Voor toeristen uit de Westhoek, die vaak IJslandvaarders als voorouders hebben, heeft het eiland nog een extra troef: in de voetsporen treden van voorouders en locaties bezoeken die zij aandeden, om stil te staan bij het harde leven dat ze leidden.
In IJsland zijn er heel wat locaties die verwijzen naar de aanwezigheid van Franse en Belgische IJslandvaarders. Denk maar aan de vissersdorpjes Patreksfjörðúr en þingeyri of de begraafplaats in Haukaldalur (aan de Dýrafjorður). Al deze locaties liggen in de Westfjorden, ver van de ringweg die het eiland ontsluit, en daardoor niet gemakkelijk te bereiken. Andere locaties die te maken hebben met de IJslandvaart en die wel bij de ringweg liggen, zijn onder andere Fáskrúðsfjördúr, Vík ý Mýrdal en de hoofdstad Reykjavik.
Reykjavik
In 1838 werd in Reykjavik de begraafplaats Hólavallagarður geopend ter vervanging van de begraafplaats die al sinds de tijd van de Vikingen werd gebruikt. Anderhalve eeuw lang was dit de belangrijkste begraafplaats van IJsland. Hólavallagarður is een bijzondere begraafplaats waar, in tegenstelling tot de rest van het eiland, heel wat bomen staan: wilgen, sparren, populieren, berken en lijsterbessen. Er is ook een mooi monument ter herdenking van de Franse (en Belgische) vissers die op zee stierven.
Vík ý Mýrdal
Vik is de meest zuidelijk gelegen plaats van IJsland. Het voormalige vissersdorp heeft een gitzwart strand met ten westen ervan hoge basaltzuilen die uit de zee opduiken. De zee is er zeer gevaarlijk en onbetrouwbaar. Toeristen worden er gewaarschuwd om niet te dicht bij de gevaarlijke golven te komen. In de tijd van de IJslandvaart was dat ook al het geval, maar omdat de zee er ook bijzonder visrijk was, trotseerden veel vissers het gevaar en gebeurden er veel ongelukken. Geen wonder dus dat er in Vik een monument staat om de vele verdronken zeelui te herdenken.
In de hoogte ligt de begraafplaats. Van daaruit heb je een prachtig zicht op de kerk, het dorp en de baai. Op de begraafplaats vind je een gedenkplaat voor leden van de bemanning van de ‘Oostende 86’ die in 1941 op de rotsen vastliep. Ook voor de moderne IJslandvaarders was het vissen duidelijk niet risicovrij.
Fáskrúðsfjördúr: het Franse dorp van IJsland
De ‘place to be’ om in de voetsporen van de IJslandvaarders te treden, is Fáskrúðsfjördúr, letterlijk vertaald als ‘fjord van de Fransmannen’. In deze baai legden veel Franse ‘goélettes’ aan in het midden van hun campagnes. Het dorp is op vandaag verbroederd met het Franse Gravelines en dat merk je. Op de borden van de straten staan de namen zowel in het IJslands als in het Frans. Jaarlijks is er ook een ‘Frans festival’ om de Frans-IJslandse band en het gedeelde erfgoed te benadrukken en de culturele uitwisseling en waardering tussen beide landen te bevorderen.
Ziekenboeg
Aan het eind van de 19de eeuw werd In Fáskrúðsfjördúr een ziekenboeg ingericht. Iets later kwam er een katholieke kapel. Vervolgens werd er in 1904 een Frans hospitaal opgericht dat tot 1935 bleef bestaan. Het hospitaal, toen het modernste ziekenhuis van IJsland, was voornamelijk bedoeld voor zieke en gewonde Franse (en Belgische) vissers. In 2014 werden alle gebouwen gerestaureerd. Nu zijn het voormalige hospitaal en de dokterswoning omgevormd tot een hotel en het Franse museum.
Frans museum
Het Frans museum vertelt het verhaal van de Franse (en Belgische) IJslandvaarders die vanaf de 16de eeuw naar de rijke IJslandse wateren kwamen om te vissen op kabeljauw. Er zijn boeiende tentoonstellingen met foto’s en beelden die het dagelijks leven van de vissers uitbeelden. Het meest aangrijpende deel van het museum is de kelderverdieping waar het ruim van een toenmalige goélette is nagebootst. De moeilijke omstandigheden van toen zijn duidelijk te zien met onder andere de krappe slaapvertrekken. De gekantelde vloeren simuleren het leven op zee. In het museum kom je ook te weten dat veel schepen en IJslandvaarders niet meer terugkeerden naar hun thuisland. Ongeveer 400 schepen vergingen op zee en zo’n 5.000 vissers overleefden niet.
Vissers die met hun schip vergingen, overboord sloegen of door ziekte of een ongeval ver van het vasteland om het leven kwamen, kregen een zeemansgraf. Alleen de vissers die stierven in het hospitaal van Fáskrúðsfjördúr of rond de periode dat de vloot de baai aandeed kregen een echt graf. Die begraafplaats van toen kun je nog steeds bezoeken.
Begraafplaats
De ligging van de ‘Cimetière des Marins Français’ is idyllisch, vlak bij het water van de baai. De begraafplaats op zich is klein en eenvoudig met schamele houten kruisjes die de namen van 49 Franse en Belgische vissers dragen. Net de eenvoud van die graven, omgeven door de prachtige, desolate natuur, maakt indruk. De stille begraafplaats doet je stilstaan bij het harde leven van de vissers en mijmeren over het leven in al zijn facetten.
Operatie Dynamo
Operatie Dynamo was een cruciale evacuatie die plaatsvond van 26 mei tot 4 juni 1940.Op zoek naar sporen van onze IJslandvaarders
Terwijl bij ons de winter officieel begonnen is, toont IJsland zijn eigen winterse pracht. Maar het land is meer dan adembenemende landschappen. Het herbergt ook stille getuigen van een harde strijd op zee. Ga mee in de voetsporen van de IJslandvaarders en ontdek hoe hun verhaal verweven is met dit unieke eiland. Klaar om mee te reizen door tijd en natuur?
Deel op